2013-03 HistoRik over ... Walter Baade
Walter Baade (1893 - 1960)
In een boek uit de bibliotheek van Mira en geschreven door Dr. Brian May kwam ik de naam tegen. Als het zijn voorbeeld is en met een goedklinkende naam moest ik dat eens verder uitpluizen. De naam klonk zo bekend maar het is toch anders dan gedacht, en een interessante geleerde. Dr Brain May had gelijk.
Wilhelm Walter Baade werd geboren in 1893 in Schröttingen in Noordrijn-Westfalen.
Hij is bekend voor 3 zaken : Ten eerste dat er twee populaties sterren zijn, ten tweede de karakteristieke eigenschap van een nova die leidt tot het instorten van een normale ster tot een neutronenster, en ten derde de optische identificatie van een radiobron.
Deze drie zaken hebben geleid tot een enorme verandering van onze kennis van het heelal.
Hij studeerde aan de universiteiten van Göttingen en Münster en werd in 1919 Doctor in de Fysica. Hij kon dan gaan werken aan het Observatorium van Hamburg met de 1 meter spiegeltelescoop. Hij doet er metingen van veranderlijke sterren en doet er opnamen van sterrenspectra. Buiten zijn normale programma houdt hij zich bezig met planetoïden en kometen. Hij ontdekt 10 planetoïden in de jaren 20 en één komeet in 1922.
Maar zijn droom blijft altijd om te kunnen waarnemen met de grote telescopen van die tijd, de 1,5 m en 2,5 m van Mount Wilson. Door zijn nauwkeurig werk en ontmoetingen met bekende astronomen zal hem dat ook lukken. Zo ontmoette hij Shapley, director van Harvard in 1926 bij een zonsverduistering in de Atlantisch Oceaan. Met Bernard Schmidt van de Hamburg Sterrenwacht ging hij naar een zonsverduistering in de Filippijnen en ze bespraken de noodzaak van een breedveld comavrije spiegeltelescoop.
Schmidt zou later de bekende Schmidt telescoop ontwerpen met een breedveld sferische spiegel en correctorlens, die gebruikt zal worden als camera.
En ondertussen had Baade al naam gemaakt door de identificatie van novae die zo helder waren dat hij ze de naam gaf van “Hauptnova”.
Hij wordt dan uiteindelijk in 1931 ook uitgenodigd om te gaan werken aan de Mount Wilson telescoop, en verhuisd met zijn vrouw Johanna naar Pasadena, Californië.
Daar kan hij experimenteren met filmen, filters, optiek en andere technieken en doet verder aan zijn programma van steronderzoek, sterrenspectra en Cepheïden. Hij had ook een foto meegebracht, gemaakt door de Schmidt telescoop en daardoor werd een 45cm Schmidt-camera aangeschaft met goede resultaten. Met Fritz Zwicky doen ze verder onderzoek naar de novae. Dat leidt in 1934 tot de volgende ideeën : een supernova is volledig verschillend van een nova, de energie komt van het ineenstorten van de ster tot een neutronenster, sommige energie leidt tot kosmische straling en onder andere de Krabnevel was een supernova.
Fritz Zwicky was astronoom aan de Mount Wilson sterrenwacht, zijn ouders waren handelaars van zwitserse afkomst en hij werd geboren in Bulgarije. Het is bekend dat hij een onaangenaam karakter had, hoewel hij zich ook wel bezig hield met humanitaire organisaties.
De samenwerking met Baade begon stroef te verlopen nadat Zwicky het idee van de Schmidt-camera voor zich opeiste, ontkent de inbreng van Baade en beschuldigde hem zelfs van diefstal en het kwam zelfs tot doodsbedreiging en verwijten van het sympatiseren met de Nazi’s.
Baade daarentegen was graag gezien en ook een goed verteller. Er is nergens melding gemaakt dat hij verder nog samenwerkte met Zwicky.
Tijdens de tweede wereldoorlog wordt hij als het ware opgesloten in de sterrenwacht, want hij heeft nog altijd de duitse nationaliteit en behoort dus bij de vijandige kant.
Dat was eigenlijk een meevaller want enerzijds heeft hij nu de sterrenwacht voor zich alleen met onbeperkte toegang omdat de amerikaanse astronomen moesten werken voor militaire doeleinden en anderzijds heeft hij geen last van licht wegens de verduistering van Los Angeles.
Daardoor kan hij opnamen maken in hoge resolutie van de RR Lyrae-sterren en Cepheïden in M31; Er is vermeld dat hij ooit 4 uren een ster manueel off-axis volgde bij een vergroting van 2800 maal. Zijn geduld en volharding worden beloond, want hieruit volgt zijn idee uit 1944 van twee sterpopulaties.
Populatie I zijn zoals Cepheïden blauwe superreuzen en bevinden zich in open sterrenhopen en in de schijf van de melkweg en in de hoofdreeks van het HR-diagram
Populatie II zijn zoals RR Lyrae sterren rode reuzen en bevinden zich in bolvormige sterrenhopen, in de halo van de melkweg en in elliptische stelsels.
Na 1948 kan hij werken met de Mount Palomar telescoop van 5 meter en doet zijn werk aan de sterpopulaties verder en doet de volgende merkwaardige vaststelling :
de Cepheïden zijn zichtbaar in de telescoop maar de RR Lyrae niet.
Daaruit komt hij tot de conclusie dat er 3 fundamentele begrippen aangepast moeten worden :
Ten eerste dat de afstand van M31 dubbel zover moet liggen. Sinds Edwin Hubble in 1929 de afstand bepaalde op 900.000 lichtjaar was dat nooit veranderd, maar dat wordt nu ineens verdubbeld.
Ten tweede dat ook de andere afstanden van melkwegstelsels moeten aangepast worden
Ten derde dat er dus twee generaties sterren zijn.
Dit alles wordt tijdens het congres van de IAU in 1952 in een rondschrijven meegedeeld.
Baade zoekt niet de grote belangstelling en doet rustig verder in Palomar met zijn uitgebreid onderzoek van de Krabnevel en de centrale ster, hij ontdekt ook het gepolariseerde licht van de “jet” van M87, maar doet verder nog een belangrijke ontdekking.
Hij doet visuele waarnemingen van de radiobronnen Cygnus A en Cassiopeia A en kan deze dus optisch identificeren en vergelijken. Daardoor kan hij bepalen dat deze bronnen uit vergelegen stelsels komen en daarmee de theorie van Nobelprijswinnaar Martin Ryle weerleggen dat deze radiobronnen van stellaire afkomstig zouden zijn.
Nota : Martin Ryle stond mee aan de wieg van de radioastronomie en ontwikkelde hiervoor allerhande methodes waarvoor hij in 1974 de Nobelprijs Natuurkunde ontving.
Hij werd trouwens vereerd met een postzegel in Groot-Brittannië bij het “International Year of Astronomy 2009”.
Walter Baade gaat in 1958 met pensioen en werkt nog een jaar als leraar en vertelt zijn leerlingen dat hij er nooit aan gedacht had om het amerikaanse burgerschap aan te vragen.
Kleine anekdote : zijn hond Li was opvallend onvriendelijk met iedereen die alles behalve duits sprak. In 1959 keert hij terug naar Göttingen en wordt er nog benoemd als Professor.
Hij sterft in 1960 ten gevolge van complicaties van een heupoperatie.
Een van de twee Magellan-telescopen van 6,5 m in Las Campanas, Chili is naar hem genoemd : de Walter Baade Telescoop.
Er is ook een maankrater en vallei naar hem genoemd, maar die liggen voor ons te ver aan de rand om goed visueel te zien. Een eenvoudige en sympatieke man met baanbrekend astronomisch werk.