The Science House Column 019: Starman


Hoe zou het intussen zijn met Starman die in een knalrode Tesla naar Mars geschoten is? Turend naar de nachtelijke hemel, vroeg ik me dit onlangs af op een warme lenteavond. Waarschijnlijk zit ie daar, eenzaam en verlaten, zonder comfort. Met zicht op de donkere leegte van de ruimte. Met af en toe eens een Zon die in De ogen prikt. Ver weg van iedereen.

En zonder Twitter natuurlijk.

Hier is er wel internet: hij zit op 315 miljoen km van ons en op 257 miljoen km van Mars. Eenzaam en ver dus. 

 

Spaceman

Copyright afbeelding: Space X >>> Falcon Heavy Demo Mission via Wikipedia

 

Maar hoe ver is dat nu precies?

Eigenlijk hebben we geen besef van grote afstanden.

Oh ja, we leren met z’n allen die heerlijke lelijke wetenschappelijke notatie: 7 maal 10 tot de 12de. Maar het is niet omdat we een getal kunnen opschrijven dat we ook beseffen hoe groot dat getal is. Grote getallen geven we soms zelfs een naam: een miljard, een biljoen, een googol (ja, inderdaad die van Google kunnen niet spellen). Een lichtjaar is grofweg 10.000 miljard kilometer. Maar wie kan zich daar iets bij voorstellen?

Archimedes deed al een poging om grote getallen te beschrijven en kwam af met myriaden (dat is tienduizend) van myriaden. Hij kon het beschrijven. Maar dat was het dan ook. Logaritmes (nu krijg ik de halve scholierenbevolking op mijn dak) zijn ergens ook een poging om met een verscheidenheid van kleine en grote getallen om te gaan.

Maar helaas.

 

Het heelal is niet groot, het is zelfs niet enorm groot. Het heelal is onbevattelijk groot.

Als kind probeerde ik me voor te stellen hoe ver de Zon stond van de Aarde. Ik plakte ettelijke bladen papier aan elkaar tot een sliert van meer dan 10 meter, tekende een cirkeltje voor de Zon aan de ene kant en een stipje voor de Aarde aan de andere kant. Ik legde de hele sliert door de hal, de gang en de keuken en keek van de ene kant naar de andere kant in de hoop te beseffen hoe groot die 150 miljoen kilometer wel was. Het is me niet gelukt. En ik was het zonnestelsel nog niet eens uit.

Als je naar beelden kijkt zoals het Hubble Ultra-Deep Field zou je de indruk krijgen dat het daarboven een drukke bedoening is. Net alsof je kijkt naar een wachtzaal bij de dokter die propvol zit met sterren en sterrenstelsels. En toch is de gemiddelde dichtheid van het heelal lager dan het beste vacuüm dat we hier op Aarde kunnen maken. Kan jij dat vatten ?

De Voyager 1 heeft enkele jaren geleden het zonnestelsel verlaten (een vage definitie maar tot daar aan toe) en suist nu aan een gezapige 60.000 km per uur door de interstellaire ruimte. Voor de komende 40.000 jaar zal die niks tegenkomen. Probeer dat maar eens op de E40 van Brussel naar Oostende...

Onvoorstelbaar leeg, onbegrijpelijk groot. En dat doet me telkens vol verwondering naar boven kijken. 

 

Ondertussen is Starman tijdens het voorbije uur ook al weer 30.000 km verder op zijn baan. Nog een paar honderd miljoen km te gaan. Dat valt nog mee. Ik moet straks te voet naar de bakker. Da’s zeker vijfhonderd meter. 

Maar ik heb Twitter.

 

HUDF klein

Hubble Ultra Deep Field - Copyright afbeelding: NASA Hubble Site

 

 

Tekst: Ignaas Declercq, The Science House – 21/06/2022